Als het koelvloeistof waarschuwingslampje brandt betekent het dat er iets aan de hand is met de koelvloeistof. Het kan zijn dat de koelvloeistoftank bijgevuld moet worden of dat er een lek is. En net zoals bij een lekke band, is een lek niet heel erg handig...
Controleer de stand van de koelvloeistof. De stand moet tussen de min-lijn en de max-lijn zijn. In het geval het onder de min-lijn is, moet je de koelvloeistof bijvullen. Lees hier later meer over. Als de koelvloeistoftank snel leegloopt dan heb je waarschijnlijk een lek in het koelvloeistofsysteem. Dit moet gecontroleerd en gerepareerd worden in de garage.
Onder de motorkap kijken: Controleer welke kleur vloeistof er in je occasion zit. Vaak is het koelsysteem deels doorzichtig, waardoor je de kleur kunt zien. De meeste auto’s beschikken tegenwoordig over rood/roze vloeistof, zoals de G12 of G12+. Dit zijn long-life vloeistoffen die in principe nooit vervangen hoeven te worden. Dit hoeft alleen vervangen te worden als er een lekkage is. Bijvullen moet wel gebeuren!
Raadpleeg het instructieboekje van je auto: Hierin staat welke koelvloeistof geschikt is voor je occasion. Op deze manier gebruik je de juiste koelvloeistof.
Als het koelvloeistof waarschuwingslampje brandt moet je dus eerst kijken hoeveel koelvloeistof er nog is. Zie je dat de stand onder de min-lijn is, dan moet je de koelvloeistof bijvullen met de juiste koelvloeistof.
Aangeraden wordt om elke maand minimaal één keer het koelvloeistofpeil te controleren. Je kan dan zien of het bijgevuld moet worden of dat er iets anders mee aan de hand is.
Niet elke koelvloeistof hoeft vervangen te worden. Zie hieronder welke er een autoleven meekunnen:
Een van de taken die je zelf kunt uitvoeren om je occasion te onderhouden, is het bijvullen van de koelvloeistof. De motor van de auto moet afgekoeld zijn voordat je de koelvloeistof gaat bijvullen of vervangen. Doe dit dus niet meteen nadat je de auto uitgezet hebt, dit is voor je eigen veiligheid.
Wacht minstens 45 minuten na het uitzetten van de auto tot je gaat beginnen. Draai de dop er rustig af, want het koelvloeistofsysteem staat onder druk.
Kijk eerst welke koelvloeistof je moet gebruiken, zie; 'welke koelvloeistof heb ik nodig?' Als je de juiste koelvloeistof hebt gevonden kun je de koelvloeistof bijvullen. Zorg ervoor dat de stand tussen de min-lijn en de max-lijn is.
Net zoals bij het bijvullen moet je eerst de motor af laten koelen, minstens 45 minuten. Volg vervolgens onderstaande stappen:
1. Zoek het reservoir voor koelvloeistof: De meeste moderne voertuigen hebben een plastic reservoir onder de motorkap waar de koelvloeistof zich bevindt.
2. Verwijder de oude koelvloeistof: Haal de dop van het reservoir eraf en laat de oude koelvloeistof in een emmer of geschikte container lopen. Wees voorzichtig, want het vervangen van koelvloeistof kan schadelijk zijn voor het milieu en voor jouw gezondheid. Probeer contact met de koelvloeistof te vermijden en was je handen grondig na afloop.
Haal de dop er voorzichtig af. Er kan nog druk op staan, dus wees voorzichtig.
3. Maak het koelstofreservoir eerst schoon voordat je de nieuwe koelvloeistof toevoegt. Laat het drogen voordat er nieuwe koelvloeistof in wordt gedaan.
4. Voeg nieuwe koelvloeistof toe: Vul het reservoir met nieuwe koelvloeistof van de fabrikant tot het niveau de maximale markering bereikt.
5. Controleer het systeem: Start de motor en laat deze enkele minuten draaien. Controleer of de koelvloeistof goed door het systeem stroomt en of er geen lekkages zijn.
6. Herhaal het proces: Als het niveau van de koelvloeistof niet de maximale markering bereikt, herhaal dan de stappen 4 en 5 totdat het juiste niveau is bereikt. Laat de motor bij voorkeur een kwartier afkoelen.